Burgerinitiatieven hebben de potentie om een belangrijke bemiddelaar te worden tussen burgers en overheidsinstanties bij het realiseren van maatschappelijke transities.
Het beleid en de regelgeving van de overheid vormen echter belemmeringen voor echte groei, bijvoorbeeld omdat burgerinitiatieven op dezelfde manier worden behandeld als private partijen zoals bedrijven. Burgerinitiatieven kampen ook met uitdagingen op het gebied van continuïteit (afhankelijk zijn van één vrijwilliger), effectiviteit (collectieven zijn niet in staat om de impact van hun activiteiten te meten, wat essentieel is voor financiële steun vanuit de ‘systeemwereld’) en representativiteit (mensen in armoede of anderszins gemarginaliseerd zijn vaak niet betrokken bij burgerinitiatieven). In feite is er een systeemverandering nodig, waarbij de machtsongelijkheid tussen burgers en invloedrijke private partijen wordt aangepakt. Digitale platformen hebben aangetoond zeer effectief te zijn in het maximaliseren van winsten door middel van het volgen van burgers op hun digitale devices en de daarop gebaseerde gepersonaliseerde advertenties, waardoor burgers geleidelijk veranderen in passieve consumenten met een afnemend geloof in solidariteit. Kunnen we nieuwe organisaties en socio-technologische methoden creëren waarbij digitale hulpmiddelen worden gebruikt om brede welvaart te bereiken en ongelijkheden te verminderen?
Onze visie op het transformatieproces dat nodig is voor systemische veranderingen is om eerst een vertrouwensbasis te creëren die nodig is voor de dialoog tussen groepen. We zullen bestaande burgerinitiatieven en hun overkoepelende netwerken uitrusten met de nodige instrumenten om hun impact te meten, hun betrokkenheid te vergroten en effectieve best practices te leren. Met deze instrumenten en wetenschappelijke methodologieën creëren we een reeks proeftuinen die ons in staat stellen om nieuwe strategieën voor lokale transities te ontwikkelen en te evalueren in een omgeving van participatief actieonderzoek. Burgerinitiatieven krijgen volledige controle over de verzamelde gegevens en de best practices die ze hebben ontwikkeld. Een nationale onafhankelijke organisatie zorgt voor verdere curatie en bemiddeling. De gegevens van elk collectief kunnen op verschillende manieren worden gebruikt voor empowerment : i) als feedback; ii) als middel om collectieve impact en voortgang op gezamenlijke doelen te laten zien; iii) als basis voor overleg met overheid en bedrijven. De gegevens, leerervaringen en impact (positief en negatief) worden geaggregeerd naar stadsniveau en nationaal niveau, waar ze worden vergeleken met de top down doelen van de overheid. Uiteindelijk zijn digitale tools niet de oplossing, maar een middel voor mensen en organisaties om onderscheid te maken tussen feiten en fictie en in gelijkwaardigheid een visie op de toekomst te ontwikkelen.
Dit initiatief bouwt voort op de Better Together-coalitie en het onderzoeksprogramma (https://better-together.dev), waarin expertise op het gebied van gegevensdeling, gegevenswetenschap, transformatief bestuur, het betrekken van gemarginaliseerde groepen en het opschalen van innovaties wordt gecombineerd.